Leviticus 16:29-34 – Korte samenvatting

Deze deelstudie is een toelichting bij Leviticus 16 – De Dag van Verzoening.

Leviticus 16:29-34

Dit zal u tot een altoosdurende inzetting zijn: in de zevende maand op de tiende van de maand zult gij u verootmoedigen en generlei werk doen, zomin de geboren Israëliet als de vreemdeling, die in uw midden vertoeft. Want op deze dag zal over u verzoening gedaan worden, om u te reinigen; van al uw zonden zult gij gereinigd worden voor het aangezicht des HEREN. Het zal u een volkomen sabbat zijn en gij zult u verootmoedigen, het is een altoosdurende inzetting. En de verzoening zal de priester doen, die men gezalfd heeft en die men gewijd heeft, om in zijn vaders plaats het priesterambt te bekleden; hij zal de linnen klederen, de heilige klederen, aantrekken; het heilige der heiligen zal hij verzoenen, ook de tent der samenkomst en het (reukoffer)altaar zal hij verzoenen, en over de priesters en het ganse volk van de gemeente verzoening doen. En dit zal u een altoosdurende inzetting zijn, ten einde verzoening te doen over de Israëlieten om al hun zonden, eenmaal in het jaar. En hij deed, zoals de HERE Mozes bevolen had.

Deze verzen bevestigen dat de offers van de Dag van Verzoening elk jaar opnieuw gebracht moesten worden op de tiende van de zevende maand, niet enkel tijdens het leven van hogepriester Aäron, maar ook daarna door zijn opvolgers.

De Dag van Verzoening samengevat:

Wat in de tijd van Aäron onmogelijk begrepen kon worden, is de diepgang van de boodschap die de Dag van Verzoening uitdraagt. Paulus bracht die onder woorden toen hij, staande voor de Areópagus in Athene zei:

God dan verkondigt, met voorbijzien van de tijden van onwetendheid, heden aan de mensen, dat zij allen overal tot bekering moeten komen; …   (Handelingen 17:30)

De dag van Verzoening leert, dat tot bekering komen betekent:
Door geloof in Jezus Christus Hem aanvaarden als persoonlijk zondoffer en zo gereinigd worden van het leven uit de tijd van de onwetendheid.

Wat dit met de gelovige doet volgens Leviticus 16, bracht Paulus duidelijk onder woorden, toen hij schreef in de brief aan de Efeziërs:

Christus heeft zijn gemeente (de gelovigen) liefgehad en Zich voor haar overgegeven, om haar te heiligen, haar reinigende door het waterbad met het woord, en zo zelf de gemeente voor Zich te plaatsen, stralend, zonder vlek of rimpel of iets dergelijks, zo dat zij heilig is en onbesmet.   (Efeziërs 5:25-27)

Dit veronderstelt van de gelovigen, een leven dat steeds de toets van de reiniging van het waterbad met het woord kan doorstaan.
Zo te leven, samen met Jezus, in relatie met de Hemelse Vader, is het leven waar Jezus van zei:

Ik ben gekomen, opdat zij leven hebben en overvloed.   (Johannes 10:10)

Daarom de oproep van Petrus:

Beijvert u daarom des te meer, broeders en zusters, om uw roeping en verkiezing te bevestigen;
want als gij dit doet, zult gij nimmer struikelen.   (2 Petrus 1:10)

Het doel van de Dag van Verzoening: God ontmoeten.

God schiep de mens naar Zijn beeld en gelijkenis, met de bedoeling een relatie op te bouwen met Adam en Eva en hun nageslacht. Deze relatie werd verbroken toen zij zich door de satan lieten verleiden, om hem meer te gehoorzamen dan God.
Nochtans zocht God Adam en Eva op om hen nog éénmaal te ontmoeten en daarbij hun naaktheid (beeld van de zonde) te bedekken met een dierenhuid.
Merk op dat hiervoor een dier moest sterven, zoals later bij de offers die verzoening brachten door het bloed.
Door van Zijn kant verzoening te doen over Adam en Eva, toonde God het verlangen van Zijn hart, de mens te kunnen ontmoeten.
Eigenlijk is dit al een voorafschaduwing van de Dag van Verzoening, waarop uitgebeeld werd dat God Zich niet enkel met de mens verzoende, maar bovenal dat door het bloed van de zondoffers, en uiteindelijk door het bloed van Jezus als het volmaakte zondoffer, de mens zich zou verzoenen met God, als liefdevolle Vader.
En, hierbij gaat het verlangen van God veel verder dan éénmaal per jaar zijn liefde te betonen op de Dag van Verzoening.
In de wetgeving die God aan het volk gaf na de uittocht uit Egypte, gaf Hij ook de opdracht om elke dag twee brandoffers te brengen in de tabernakel, het eerste ’s morgens, het tweede in de avondschemering.
Deze beide offers werden gebracht:

… tot een liefelijke reuk, een vuuroffer voor de HERE, een dagelijks brandoffer … bij de ingang van de tent der samenkomst voor het aangezicht des HEREN, waar Ik met u zal samenkomen, om daar tot u te spreken.
Ik zal dan daar samenkomen met de Israëlieten, en zij zullen door mijn heerlijkheid geheiligd worden
(Exodus 29:41-44)

In eenzelfde zin profeteerde Jesaja:

Zoekt de HERE, terwijl Hij Zich laat vinden; roept Hem aan, terwijl Hij nabij is.
De goddeloze verlate zijn weg en de ongerechtige man zijn gedachten en hij bekere zich tot de HERE, dan zal Hij Zich over hem ontfermen; en tot onze God, want Hij vergeeft veelvuldig.   (Jesaja 55:6-7)

Betekenis:

Het is heel bijzonder dat het morgenoffer gebracht werd op het derde uur van de dag (9 uur onze tijd), het uur waarop Jezus gekruisigd werd (Markus 15:25) en dat het avondoffer gebracht werd op het negende uur (15 uur onze tijd), het uur waarop Jezus stierf (Markus 15:34).

Degene die naar de ingang van de voorhof kwam, tijdens het brengen van het morgen- en
avondoffer, ontmoette daar, geestelijk gezien, God zelf, terwijl op het brandofferaltaar op de achtergrond, het brandoffer voor de vergeving van zonden gebracht werd. Dit betekent dat God
met de mens dagelijks wil spreken en een relatie wil aangaan, vanuit de vergeving van zonden.
In Jezus Christus kwam God niet enkel symbolisch naar de ingang van de tent der samenkomst, maar kwam Hij als mens naar de aarde, om zo Zijn mensen te ontmoeten.
Sinds Golgotha betekent dit, dat de gelovige God nu kan ontmoeten, aan de voet van het kruis.
Door het offer dat Jezus volbracht op Golgotha, heeft de gelovige het voorrecht om, gereinigd en geheiligd door het bloed van Jezus, als het ware God te ontmoeten, in het heilige der heiligen.
In de beslotenheid van Zijn heiligdom, wil God met de gelovige spreken van aangezicht tot aangezicht. Zo wordt de gelovige geheiligd, door de afstraling van de heerlijkheid van God, als zijn hemelse Vader. (Exodus 29:43)
Dit betekent dat de relatie tussen de gelovige en God hersteld is en Hij deel kan uitmaken van het leven van de gelovige.

Concreet:
Wie tot geloof in Jezus Christus komt, wordt een nieuwe schepping, bevrijd van handelingen en denkbeelden uit het oude leven. In de plaats daarvan zal de priester-gelovige (zie de studie over de priester naar de orde van Melchisedek), onder de autoriteit van Jezus Christus leven, symbolisch gezien bij het reukofferaltaar (het gebed) voor het aangezicht van God.
De gebeurtenissen uit zijn vroegere leven zijn daarbij geen maatstaf meer voor de toekomst. De gelovige is hiervan volkomen gereinigd door het bloed van Jezus, als zijn persoonlijk zondoffer.

Volgens de symboliek van de tent der samenkomst betekent dit, leven met Jezus, bij de kandelaar als het Licht des Levens en bij de broden op de toontafel, als het Levende Woord van God.
Dit houdt in, dat persoonlijke wensen en verlangens losgelaten worden, of in overeenstemming gebracht worden met het karakter van Jezus Christus.
Dit houdt ook in dat de gelovige de Bijbel zal lezen en overdenken, zodat, door de werking van de Heilige Geest, zijn denken vernieuwd wordt en zijn vertrouwen in de Heer Jezus Christus zal groeien.

Soms kan er echter hulp nodig zijn, om het verleden te verwerken.
Wellicht moeten bepaalde fouten of gewoontes nog aan God en misschien ook aan mensen beleden worden.
Mogelijk zal de gelovige, in zijn nieuwe leven met Jezus, geholpen moeten worden, om eventuele gevolgen en verantwoordelijkheden betreffende daden uit het verleden, een plaats te geven.

Maar, niemand mag nog op het oude leven beoordeeld worden, want:

Zo is dan wie in Christus is een nieuwe schepping; het oude is voorbijgegaan, zie, het nieuwe is gekomen. En dit alles is uit God, die door Christus ons met Zich verzoend heeft en ons de bediening van de verzoening gegeven heeft, …   (2 Corinthiërs 5:17-18)

Gods zegen toegewenst bij het bestuderen, overdenken en in praktijk brengen van deze studie, over wat het sterven van Jezus Christus in een mensenleven wil bewerken.

Deze studie downloaden als PDF:
Leviticus 16:29-34 – Korte samenvatting.